Landsbesluit aanwijzing vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken - Informashon tokante Gobièrnu di Kòrsou

Wet- en Regelgeving

Landsbesluit aanwijzing vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken

Publicatienummer: P.B. 2014, no. 21, zoals laatstelijk gewijzigd bij   P.B. 2023, no. 21
Categorie: Landsbesluit, houdende algemene maatregelen
Ministerie: Algemene Zaken en Minister President
Datum ondertekening: 01-09-2017
Datum inwerktreding: 15-03-2014
Geregistreerd in:
Klapper Afkondigingsblad ( HOOFDSTUK XVIII Organisme van het land)


LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van de 14de februari 2014 houdende aanwijzing van vertrouwensfuncties alsmede regels omtrent de wijze waarop veiligheidsonderzoeken worden gehouden

Datum inwerkingtreding Terugwerkende kracht tot en met Datum ingetrokken Betreft Vindplaats Zittingsjaar
Datum inwerkingtreding Terugwerkende kracht tot en met Datum ingetrokken Betreft Vindplaats Zittingsjaar
n.v.t. n.v.t. n.v.t. Moederregeling P.B. 2014, no. 21 n.v.t.
15-1-2022 n.v.t. n.v.t. Bijlage

art. 2 lid 1

P.B. 2022, no. 3 n.v.t.
21-3-2023 n.v.t. n.v.t. Bijlage

art. 2 lid 1

P.B. 2023, no. 21 n.v.t.

 

§ 1. Definitiebepaling

Artikel 1

In dit landsbesluit wordt verstaan onder:
Dienst : de ambtelijke Dienst, genoemd in artikel 2, eerste lid, van de Landsverordening Veiligheidsdienst Curaçao;
Hoofd : de ambtenaar belast met de leiding van de Dienst;
Landsverordening : de Landsverordening Veiligheidsdienst Curaçao;
Minister : de Minister van Algemene Zaken;
verklaring : de verklaring dat tegen vervulling van een bepaalde vertrouwensfunctie door een bepaalde persoon uit het oogpunt van het voortbestaan van de democratische rechtsorde, de integriteit van het openbaar bestuur of de veiligheid of andere vitale belangen van Curaçao of het Koninkrijk der Nederlanden geen bezwaar bestaat;
werkgever : degene in wiens dienst of onder wiens verantwoordelijkheid een vertrouwensfunctie wordt uitgeoefend;

 

§ 2. De vertrouwensfuncties

Artikel 2

  1. De functies die als vertrouwensfuncties worden aangewezen, zijn opgenomen in de bijlage bij dit landsbesluit.
  2. De Minister doet van de aanwijzing van een functie als vertrouwensfunctie meteen mededeling aan de werkgever die het aangaat.

Artikel 3

Een werkgever geeft desgevraagd aan het Hoofd de inlichtingen over de inrichting van zijn organisatie die nodig zijn voor de beoordeling, of in welke mate de wijze van vervulling van een functie een gevaar of een risico kan vormen voor het voortbestaan van de democratische rechtsorde, de integriteit van het openbaar bestuur of de veiligheid en andere vitale belangen van Curaçao en/of het Koninkrijk der Nederlanden. Bij wijzigingen van de organisatie geeft de werkgever deze inlichtingen uit eigen beweging.

Artikel 4

  1. Een werkgever meldt een persoon die hij wil belasten met de vervulling van een vertrouwensfunctie, schriftelijk aan bij het Hoofd.
  2. Een werkgever meldt een persoon die belast is met de vervulling van een functie die nadien als vertrouwensfunctie is aangewezen, binnen vier weken na de dagtekening van het aanwijzingsbesluit aan bij het Hoofd.
  3. De werkgever licht de betrokkene in over de betekenis en de rechtsgevolgen van de aanmelding.
  4. Bij de aanmelding wordt een verklaring van betrokkene overgelegd waaruit blijkt dat hij met het instellen van een veiligheidsonderzoek en met een eventueel hernieuwd veiligheidsonderzoek tijdens de uitoefening van de vertrouwensfunctie instemt.

§ 3. Het veiligheidsonderzoek en de gevolgen daarvan

Artikel 5

  1. Na de aanmelding, bedoeld in artikel 4, stelt de Dienst een veiligheidsonderzoek in.
  2. Het veiligheidsonderzoek bestaat uit een onderzoek naar gegevens en inlichtingen die van belang zijn voor de vervulling door de betrokken persoon van de bij de aanmelding aangegeven vertrouwensfunctie.
  3. Bij het veiligheidsonderzoek wordt uitsluitend gelet op gegevens en inlichtingen:
    a. ontleend aan de justitiële inlichtingen die zijn verkregen met inachtneming van de voorschriften van de Landsverordening op de justitiële documentatie en op de verklaringen omtrent het gedrag (P.B. 1968, no. 213);
    b. ontleend aan de schriftelijke rapportages die door politieambtenaren zijn opgesteld in het kader van de uitoefening van hun taken;
    c. betreffende deelneming of steunverlening aan activiteiten die de veiligheid of andere vitale belangen van Curaçao en/of het Koninkrijk der Nederlanden kunnen schaden;
    d. betreffende lidmaatschap van of steunverlening aan organisaties die doeleinden nastreven, dan wel ter verwezenlijking van hun doeleinden middelen hanteren, die aanleiding geven tot het ernstige vermoeden dat zij een gevaar vormen voor het voortbestaan van de democratische rechtsorde, de integriteit van het openbaar bestuur of de veiligheid of andere vitale belangen van Curaçao of het Koninkrijk der Nederlanden;
    e. betreffende overige persoonlijke gedragingen en omstandigheden, naar aanleiding waarvan betwijfeld mag worden of de betrokkene de uit de vertrouwensfunctie voortvloeiende plichten onder alle omstandigheden getrouwelijk zal volbrengen.

Artikel 6

  1. De Minister beslist binnen acht weken na ontvangst van de aanmelding, bedoeld in artikel 4, omtrent het afgeven van een verklaring van geen bezwaar.
  2. Indien het veiligheidsonderzoek wegens bijzondere omstandigheden niet tijdig kan worden voltooid, kan de in het eerste lid genoemde termijn worden verlengd tot uiterlijk zes maanden na de aanmelding.
  3. De Minister doet van een beslissing omtrent het afgeven van een verklaring van geen bezwaar en van een verlenging van de in het eerste lid genoemde termijn mededeling zonder nadere redengeving of toelichting aan de werkgever.
  4. Indien een verklaring van geen bezwaar wordt geweigerd of ingetrokken ontvangt betrokkene vanuit de Dienst een gemotiveerd besluit. De werkgever dient een afschrift van het besluit tot weigering of intrekking van een verklaring van geen bezwaar te ontvangen.

Artikel 7

Een verklaring van geen bezwaar kan slechts worden geweigerd, indien onvoldoende waarborgen aanwezig zijn dat de betrokkene onder alle omstandigheden de uit de vertrouwensfunctie voortvloeiende plichten getrouwelijk zal volbrengen of indien het veiligheidsonderzoek onvoldoende gegevens heeft kunnen opleveren om daarover een oordeel te geven.

Artikel 8

  1. Een werkgever belast een persoon eerst met de vervulling van een vertrouwensfunctie, nadat de Minister ten aanzien van die persoon een verklaring van geen bezwaar heeft afgegeven.
  2. Een werkgever ontheft een persoon die belast is met de vervulling van een functie die nadien als vertrouwensfunctie is aangewezen, zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen acht weken, uit die functie, indien:
    a. de betrokkene niet instemt met de instelling van een veiligheidsonderzoek, of
    b. ten aanzien van de betrokkene een verklaring van geen bezwaar is geweigerd.

Artikel 9

Indien een verklaring is ingetrokken, ontheft de werkgever de betrokken persoon uiterlijk binnen acht weken na de intrekking van de verklaring, uit de vertrouwensfunctie.

Artikel 10

Ten aanzien van de vervulling van een vertrouwensfunctie door een persoon als zelfstandige zijn de artikelen 2 tot en met 9 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
a. voor de werkgever in de plaats treedt de persoon of instantie in wiens opdracht of met wiens toestemming de vertrouwensfunctie wordt vervuld;
b. voor het belasten met en het ontheffen uit de vertrouwensfunctie in de plaats treedt het verlenen van de opdracht of de toestemming, respectievelijk de intrekking daarvan.

§ 4. Slot- en overgangsbepalingen

Artikel 11

Ten aanzien van personen die belast zijn met de vervulling van een functie die nadien als vertrouwensfunctie is aangewezen zijn de artikelen 2 tot en met 10 van overeenkomstige toepassing.

Artikel 12

Ten aanzien van personen die op het moment van inwerkingtreding van dit landsbesluit een functie bekleden die in de bijlage bij dit landsbesluit is opgenomen, wordt binnen twee jaren na de inwerkingtreding van dit landsbesluit een veiligheidsonderzoek ingesteld.

Artikel 13

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die van zijn plaatsing in het Publicatieblad.

Artikel 14

Dit landsbesluit wordt aangehaald als Landsbesluit aanwijzing vertrouwensfuncties en veiligheidsonderzoeken.

Bijlage,

bedoeld in artikel 2, eerste lid.

Lijst van vertrouwensfuncties:
– secretaris-generaal van een ministerie;
– sector directeur van een ministerie;
– beleidsdirecteur van een ministerie;
– directeur Human Resources & Organisatie ministerie BPD;
– directeur Shared Service Organisatie ministerie BPD;
– hoofd van een dienst dan wel een directeur van de directie van de overheid;
– secretaris en adjunct-secretaris van de Raad van Ministers;
– alle functies bij de Dienst;
– functies waarbij werkzaamheden worden uitgevoerd ten behoeve van de Dienst;
– leden van het managementteam Korps Politie Curaçao;
– hoofd gevangenis en huis van bewaring;
– alle functies die worden uitgeoefend binnen het beveiligde gebied van het huis van bewaring;
– hoofd landelijke beveiligingsdienst;
– beveiligers die personen beveiligen in opdracht van het land;
– hoofd van de met de uitvoering van de Landsverordening toelating en uitzetting belaste dienst;
– hoofd bevolkingsadministratie;
– alle functies bij de Landsrecherche;
– leden van het managementteam Douane Curaçao;
– alle functies bij het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties, bedoeld in artikel 2 van de Landsverordening melding ongebruikelijke transacties;
– hoofd Curaçaose Burgerluchtvaart Autoriteit;
– hoofd Maritieme Autoriteit Curaçao;
– directeur van een vrije zone;
– directeur van een olieraffinaderij;
– directeur van een petroleumbedrijf;
– directeur van een bedrijf dat een of meer telecommunicatiediensten verleent;
– de door de directie van de telecommunicatiediensten in samenspraak met het hoofd van de Dienst aangemerkte functies die worden uitgeoefend binnen het beveiligde gebied van een bedrijf dat een of meer communicatiediensten levert;
– directeur van een bedrijf voor productie en/of distributie van drinkwater via een landelijk pijpleidingsysteem;
– de door de directie van het bedrijf dat drinkwater produceert en distrubueert in samenspraak met het hoofd van de Dienst aangemerkte functies die worden uitgeoefend binnen het beveiligde gebied van een bedrijf voor productie en/of distributie van drinkwater via een landelijk pijpleidingsysteem;
– directeur van een bedrijf voor de productie en/of distributie van elektriciteit;
– de door de directie van het bedrijf dat elektriciteit opwekt en produceert in samenspraak met het hoofd van de Dienst aangemerkte functies die worden uitgeoefend binnen het beveiligde gebied van een bedrijf voor productie en/of distributie van elektriciteit;
– directeur van een bedrijf dat een luchthaven uitbaat;
– de door de directie van het bedrijf dat luchthaven(s) uitbaat in samenspraak met het hoofd van de Dienst aangemerkte functies die worden uitgeoefend binnen het beveiligde gebied van een luchthaven;
– directeur van een bedrijf welke een of meer commerciële zeehavens uitbaat;
– de door de directie van het bedrijf dat commerciële zeehaven(s) uitbaat in samenspraak met het hoofd van de Dienst aangemerkte functies die worden uitgeoefend binnen het beveiligde gebied van een commerciële havenfaciliteit;
– de president en directeuren van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten, alsmede de door Curaçao voorgedragen leden van de Raad van Commissarissen bij de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten;
– adjudant van de Gouverneur;
– plv. adjudant van de Gouverneur;
– hofmeester van de Gouverneur;
– chauffeur van de Gouverneur;
– chauffeurs van de Ministers;
– hoofdcaricert;
– security specialist caricert;
– leden van de Curaçaose militie;

– leden van de Electorale Raad, alsmede de secretaris en plaatsvervangend secretaris.

 

 

Naar boven